Terug naar Oosterdonk of het verloren dorp van Pietje de Leugenaar

VAN MEIR Guido
Terug naar Oosterdonk of het verloren dorp van Pietje de Leugenaar
2de druk. Paperback, in-8, 200 pp. Thema: verzet tegen onteigeningen voor de uitbreiding van de Antwerpse haven: het dorp noemt Oosterdonk, de samentrekking van Oosterweel en Wilmarsdonk. Het zou evengoed Doel kunnen zijn. Verscheen samen met de TV-reeks waarin Dirk Roofthooft (°1959, credits portretfoto Stefan Van Fleteren) schitterde in de rol van Pietje de Leugenaar.


Eén van de krachtigste passages - en vast en zeker door de acteerprestatie van Dirk Roofthooft tot een zeldzame hoogte opgetild met behulp van geritmeerde gewesttaal - is de volgende:

"Meneer, als heel België wilt dat Oosterdonk verdwijnt, waarom bouwt heel België dan geen nieuw dorp voor ons, kunt ge mij dat eens uitleggen? Neen, wij zijn maar boerkes van de polder en ze jagen ons hier weg gelijk honden. Eén voor één: meubeltjes op de kar en trekt uwe plan!"

'Peer!'

Ik schrok me bijna dood toen Pietje plotseling vanachter het zetstuk sprong dat de nieuwe Lijmstok van de oude scheidde op de praalwagen.

'Weet ge hoe dat de mieren verhuizen, Peer? Die rode mieren in het bos, die kunnen jaren en jaren ergens in een nest wonen, en op een schone dag ontdekt een van de verkensters - kent ge dat een verkenster? - die ontdekt een plekske waarvan ze denkt: godverdomme, daar zitten we beter. En dan komt ze terug naar 't nest, ze gaat voor de ingang zitten, en als er een andere mier naar buiten komt ... knip!'

Pietje pakte mij onverhoeds op en hield me in een houdgreep waarin ik hulpeloos lag uitgezakt, zoals in een te lage zetel uit de jaren zeventig waaruit je nooit meer overeind kunt komen.

'Die mier verdedigt haar niet', ging hij verder. 'Die rolt haar eigen op in een bolleke en de verkenster draagt haar schoon naar die ander plek, waar dat er meer schaduw is in de zomer, dat ze zèlf kan zien en zèlf kan ondervinden dat het daar beter is om te wonen.'

Hij had mij op de toog van de Nieuwe Lijmstok gezet, of wat daarvoor moest doorgaan op de praalwagen.

'Als die andere mier ook vindt dat die nieuwe plek beter is, weet ge wat er dan gebeurt? Dan gaat die meehelpen om àndere mieren te verslepen, en dan gaan die andere mieren ook meehelpen om er weer andere te gaan halen. Maar als er nu een mier tussenzit die denkt: néé, die oude plek was toch beter, weet ge wat er dan gebeurt? Dan gaat ze mieren terugdragen. En die mieren gaan misschien àndere mieren terugdragen. En dat gaat zo dagen aan een stuk: mieren die mieren naar hier dragen, en mieren die mieren naar daar dragen. Naar hier, naar daar, naar hier, naar daar. En op 't einde van 't spel zijn ze allemaal verhuisd, of ze zitten allemaal terug in hun oud nest. Dàt is democratie, Custers. Bij de mieren welteverstaan.'

Hij pauzeerde even.

'Maar soms gebeurt het ook dat er ne specht komt, die heel hun nest kapotmaakt.'

Bij 'specht' en 'kapot' gooide hij telkens met veel kabaal een lege bierbak van de praalwagen.

'En dat is wat er voor den ogenblik in Oosterdonk gebeurt.'
(109-110)

VAN MEIR Guido@ wikipedia
€ 15.0