Het kloosterleven volgens het kerkelijk recht (uit het Fransch, naar de 4e uitgave)

CREUSEN J. s.j.
Het kloosterleven volgens het kerkelijk recht (uit het Fransch, naar de 4e uitgave)
Softcover, gebrocheerd, xv + 320 pp. Bibliografie, lijst der rechtskundige termen, register. Het boek bevat 3 delen: 1. De samenstelling van religieuze instituten. 2. Vorming, plichten, voorrechten. 3. Het uittreden uit een orde of congregatie. Creusen (1880-1960) was een gewaardeerd Hoogleraar in de moraaltheologie en het kerkelijk recht. Dit boek opent de voor velen onbekende kloosterwereld en definieert de rechten en plichten. Onze aandacht ging naar de pp. 121 e.v. over de tijdelijke goederen en hun beheer. De auteur stelt zelf dat de regels hierover dikwijls zeer onbekend zijn, vooral bij kloosterzusters. De Normae § 294 luidden aldus: "Elk huis dat een overschot heeft zal jaarlijks, op het einde van het jaar, na de rekening te hebben opgemaakt en alle kosten te hebben afgetrokken, een derde der netto-winst afdragen aan de provinciale kas en elke provincie zal op gelijke wijze een derde harer netto-winst afdragen aan de kas van het instituut." (p. 124)
CREUSEN J. s.j.@ wikipedia
€ 30.0