7 januari 1797: uitdrijving abdij Roosendael/Rozendaal/Rosae Vallis (Sint-Katelijne-Waver)

LT
7 januari 1797: uitdrijving abdij Roosendael/Rozendaal/Rosae Vallis (Sint-Katelijne-Waver)
De Franse overheersing die daarop volgde, luidde echter het definitieve einde in van de abdij aan de Nete. De gebouwen werden in beslag genomen en de religieuzen verdreven (1797). Dat gebeurde niet zonder tegenstand. De zusters gebruikten alle mogelijke listen om toch maar te kunnen blijven. Zo lieten ze een geneesheer verklaren dat een van hen dodelijk ziek was en niet vervoerd kon worden. Uiteindelijk moesten ze toch het onderspit delven en verhuisden de ongeveer 50 nonnen en werkzusters naar Mechelen. De steeds kleiner wordende kloostergemeenschap vond aanvankelijk een onderkomen in de Koeistraat (de huidige Frederik de Merodestraat). Daarna veranderde ze nog diverse keren van adres, maar uiteindelijk zou ze in 1845 verdwijnen. De laatste zuster, Agatha Verscharen, overleed in 1851. In 1806 had een andere zuster, Maria-Theresia Vermeulen, echter een nieuwe klooster-orde opgericht voor zusters die zich wilden toeleggen op het onderwijs aan meisjes. Deze orde was in 1810 goedgekeurd onder de naam 'Zusters van Liefde'. Na het tweede Vaticaans concilie fuseerden de Mechelse Zusters van Liefde met hun ordegenoten uit Overijse. Sindsdien zijn zij nog steeds gevestigd in het huis Cadix aan de Frederik de Merodestraat, tegenover het grootseminarie.

In 1798 werd Roosendael verkocht aan Pierre de Meulenaer, een Antwerpse opkoper van kerkelijke goederen die door de Fransen waren verbeurdverklaard. De Meulenaer liet de gebouwen grotendeels slopen om ze te gelde te maken als bouwmateriaal. Alleen het monumentale Poortgebouw, het Pesthuis, het Koetshuis, een deel van de ommuring, een deel van het abdissenkwartier, enkele bruggetjes, de ringgracht, water-putten en kleine artefacten bleven bewaard en herinneren nog steeds aan de abdij.

Emilie, een dochter van de Meulenaer, trouwde in 1816 met J.J.T. de Knyff, die een park aanlegde waar vroeger abdijgebouwen stonden. Het groeide later uit tot een Engels landschapspark. In die periode werd het Pesthuis omgebouwd tot oranjerie.

Dit nu gerestaureerde en beschermde monument kreeg daardoor zijn 'twee gezichten': 19de-eeuwse classicistische zuid- en westgevels, en 16de-eeuwse noord- en oostgevels (met torentje) in zand- en baksteenstijl. Een deel van het abdissen-kwartier werd omgevormd tot woning of buitenverblijf: het ‘kasteeltje'

In het Engelse landschapspark bevond zich ook de gebruikelijke ijskelder. Die is volledig intact gebleven en als monument beschermd.

http://www.roosendael.be/nl/geschiedenis4.html (20040906)

zie ook 19740067 die de exacte datum geeft

zie ook 20090023
LT@ wikipedia