1798: verkoop abdij Kortenberg aan Van Grave en Vanden Burggraaf-Spruyt

LT
1798: verkoop abdij Kortenberg aan Van Grave en Vanden Burggraaf-Spruyt
Oorspronkelijk was er een vestiging van reclusae of kluizenaressen op de Curtenberg. Deze werd vermeld in 1095. In de 13de eeuw kwam de gemeenschap naar het dal in het Minneveld.

Ze bouwde toen een nieuwe abdij en nam de regel van Sint-Benedictus aan. In 1312 werd hier het befaamde Charter van Kortenberg getekend. In 1777 werd Beatrix de Villers tot laatste Benedictinessenabdis van Kortenberg verkozen. Op het einde van de 18de eeuw werden de nieuwe abdijkerk en het nieuwe hoofdgebouw of het abdijkasteel opgetrokken. Het hoofdgebouw werd opgetrokken tussen 1779 en 1783 in neoclassicisme. In 1798 werd de abdij als zwart goed verkocht door de Fransen. Als kopers traden Van Grave en Vanden Burggraaf-Spruyt op. De meeste gebouwen werden afgebroken in de Franse periode ook de nieuwe abdijkerk. Op het einde van het Hollands bestuur was de abdij opnieuw één eigendom nl. van Joseph Charles van Grave, die meier van Kortenberg was van 1819 tot 1829. Hij verkocht in 1829 het abdijcomplex aan baron Albert d’Eesbeeck Vanderhaeghen. Door het huwelijk van Barones Julie d’Eesbeeck Vanderhaeghen met Jean-Amand Matthieu, de rentmeester van de goederen d’Eesbeck te Kortenberg kwam de abdij in handen van de familie Matthieu. In 1897 werd de abdij verkocht. Het hoofdgebouw kwam in handen van rechter Paul Salkin, de kleinzoon van de Barones. Zijn schoonbroer Joseph Chantraine (+1910) ontwierp hier zijn vliegtuig ’de aéromobile’. Ook kunstschilderes Marie Salkin-Lambiotte en haar zoon kunstschilder Emile Salkin woonden hier. De bekende surrealist kunstschilder Paul Delvaux kwam hier dikwijls op bezoek bij zijn vriend Emile Salkin.

In 1933 werd het abdijcomplex openbaar verkocht. Kanunnik François Misonne kocht de gebouwen. Hij bouwde de halfronde barokke abdijkapel en de traditionele ridderzaal in 1934. Kardinaal Van Roey wijdde deze kapel in 1934 in. De Zusters van het Cenakel hadden hier een retraitehuis van 1952 tot 1976. Het abdijkasteel is de eigendom van het aartsbisdom Mechelen. Het beheer was achtereenvolgens in handen van de Paters Redemptoristen, van de Zusters Ursulinen, van leken en van de Paters Salvatorianen. In 1960 werd er een nieuwe vleugel achteraan aangebouwd volgens de plannen van architect P. Rome uit Brussel. Het salon van de abdij geeft een beeld van de 18de-eeuwse glorie. We vinden er portretten van Maria Laermans, die de abdij bestuurde van 1671 tot 1682 en van Beatrix de Villers, de laatste abdis van Kortenberg en twee medaillons van Beatrix de Villers en van rentmeester Gregorius Desneux, beheerder van de abdijgoederen van 1778 tot 1796. In het salon vinden we ook de wapenschilden van de abdij en van de laatste abdis.

Bibliografie:

A.WAUTERS. Histoire des environs de Bruxelles, 8B, (heruitgave 1973 van het boek van 1855), p. 384-408.

J.ROUART-CHABOT. Abbaye de Cortenberg-Monasticon Belge. Deel IV. Province de Brabant. Volume I, p. 243-267.

F.MAES. Kortenberg, zijn abdij, zijn oude woningen -Eigen Schoon en De Brabander, 1955, p. 199-220.

H. VANNOPPEN. Het abdijkasteel van Kortenberg in het Nieuwe Regime - De Brabantse Folklore, 1977, p. 13-91, p. 165-206..

H. VANNOPPEN. Abdij Kortenberg. 1986, 24 p.

C.BORGIONS. De abdij van Kortenberg tegenover adel en patriciaat in Brabant 1095-1572. 1990, 137 p.

H. VANNOPPEN. Honderd Kortenbergse gebouwen. Winksele, 1991, p. 21-23 ( Nr. 7. De Abdij van Kortenberg).

C.BORGIONS. Een bezoek aan de abdij-– in H. VANNOPPEN. Kortenberg 1095-1995. Borgerhout, 1995, p. 97-110.

http://home2.pi.be/salens1/wandeling%20historische%20gebouwen%20Kortenberg.htm (20041017)
LT@ wikipedia