16 april 1797: uitdrijving Kapucijnen Aalst

TESSENS Lucas, TEUNS Stan
16 april 1797: uitdrijving Kapucijnen Aalst
Geachte Heer,

Uw vraag om inlichtingen werd aan mij doorgezonden.

Hierbij een antwoord op uw vragen:

Op 21 mei 1614 werd aan de Kapucijnen toelating gegeven om zich te Aalst te vestigen.

Op kosten van de stad en land werden de gebouwen opgetrokken tussen 3 mei 1615 en 3 mei 1623 (wijding van de kerk) in de Kapellestraat.

De kloostergebouwen besloegen de gronden waar het Opleidingscentrum voor Geestelijke Brankardiers later werd ondergebracht. De tuin van het klooster besloeg het terrein van de huidige Graanmarkt en Atheneum.

Op 28 februari 1797 kregen de Kapucijnen een bevel om het klooster te ontruimen. De Kapucijnen weigeren te ontruimen.

Op 16 april 1797 (paasdag) werden ze onder leiding van Chompré, commissaris van het uitvoerend directorium, de Nisse, bevelhebber van de marechaussee, Dastier, de plaatselijke commandant en Rymbaut, de politiecommissaris uitgedreven.

De gebouwen dienden daarna als stapelplaats voor de gestolen klokken der aanpalende gemeenten. In het jaar 1811 dienden ze als bewaarplaats voor het blusmateriaal en tot vergaderplaats der conscrits. De stad had in 1806 de gebouwen en de grond, te zamen 1 hektare, 14 are en 6 centiaren aangekocht voor de som van 23.236 fr.. De 6e juli 1859 werd de Pupillenschool ondergebracht in een deel der gebouwen en van de moestuin werd de Graanmarkt gemaakt met achteraan de Staatsmiddelbare school.

Bron:

De Kapucijnen 50 jaar te Aalst, 1959, blz. 17-27.

Geschiedkundig overzicht steunend op HILDEBRAND, De Kapucijnen in de Nederlanden en het prinsbisdom Luik.

PETRUS VAN NUFFEL: verschillende werken

Fr. de CACAMP, Aalst 1852, Land van Aalst, 1954, 3, blz. 151.

Hoogachtend,

Stan Teuns

Archivaris van de Vlaamse Kapucijnen

e-mail van 19 oktober 2004
TESSENS Lucas, TEUNS Stan@ wikipedia